Stijging OZB voor veel huiseigenaren
De onroerendezaakbelasting (OZB) voor huiseigenaren stijgt komend jaar met gemiddeld 1,8 procent. Voor sommige gemeenten is dit volgens belangenvereniging Vereniging Eigen Huis (VEH) meer dan zij met het Rijk hebben afgesproken. VEH hield een steekproef onder 107 van de 390 gemeenten.
Een doorsnee woningbezitter betaalt komend jaar zo'n 726 euro aan gemeentelijke woonlasten. Dat was dit jaar een tientje minder. Regionaal bestaan er forse verschillen. Huiseigenaren in Schiedam betalen komend jaar gemiddeld 180 euro aan OZB, terwijl iemand die in Nijmegen een woning bezit 475 euro betaalt.
Gemeenten maakten eerder een afspraak met het Rijk: de zogenoemde macronorm. Dit betekent dat de OZB met maximaal 1,57 procent mag stijgen. Het percentage is gebaseerd op de som van de verwachte economische groei en inflatie. De gemiddelde OZB-verhoging van 1,8 procent ligt boven deze norm. Dat niet alleen, het is ook nog eens hoger dan de groei- en inflatiecijfers van 1,5 en 1,2 procent.
Gemeenten zijn niet verplicht zich aan de macronorm te houden, het gaat slechts om een richtlijn. Vereniging Eigen Huis wil daarom al jaren een bindende norm. Er zijn overigens ook gemeenten waar het OZB-bedrag daalt. In Gemert-Bakel gaat de OZB met ruim 11 procent omlaag. Dat scheelt de huiseigenaren gemiddeld 50 euro.
Meer informatie op: www.ad.nl